« Terug naar overzicht

En najagen van wind

Peter heeft het voor elkaar. Een lieve vriendin, een fraaie etage in Amsterdam-Zuid en plezier in zijn werk als journalist bij Lavendel, ’s lands grootste weekblad. Hij wist het wel, het was hem van huis uit al meegegeven: het aloude woekeren met de talenten die je hebt, je hart leggen in wat je doet, dat was de weg naar geluk.

Maar de tijden veranderen en geluk is broos. Door een reorganisatie vindt hij ineens een horde managers op zijn pad. Ook zijn relatie komt onder druk te staan. De receptionist van een illuster hotel in Brussel roept een oud verlangen in hem wakker, ‘een verlangen dat al in zijn jongensjaren tot leven was gekust en dat zich nooit had teruggetrokken in de spelonken van de vergetelheid, maar permanent aanwezig was in de sluimering van zijn bestaan. Iets wat hem aantrok, en afstootte. Waar hij niets meer van wilde weten, en alles’.

En najagen van wind
De Arbeiderspers 2004
240 pp.
Het boek is te bestellen via het contactformulier op deze site.
€ 9,90 exclusief verzendkosten

Ook als e-book beschikbaar (ISBN 978 90 295 7959 9)

Recensies

 

Trouw, 26 juni 2004
door Hanna de Heus
Laatst hoorde ik van een man die een roman had geschreven over liefde, vriendschap, ziekte en dood. Hij kreeg het van de potentiële uitgever terug met de mededeling dat hij er te veel grote thema’s in had verwerkt en zich beter op één daarvan kon concentreren. Iedereen kan zich daar wel wat bij voorstellen. De auteur wil te veel, waardoor niets goed uit de verf komt. Maar het lijkt ook wel alsof te veel ambitie in Nederland verboden is. Wat is dat toch, die Hollandse gematigdheid, die angst voor het ongewone?
Dat niet iedereen daar last van heeft bewijst De Arbeiderspers, die onlangs En najagen van wind, van Alex Verburg uitbracht, een roman over liefde, werk, ziekte en dood – een roman dus die hoog inzet.
Centraal staat Peter, een 37-jarige journalist. Hij worstelt met drie belangrijke zaken: zijn biseksualiteit, de vergaande commercialisering van de uitgeverij waarvoor hij werkt, en de ziekte van zijn zus, die ongeneeslijk is.
Seksueel gezien is Peter zoekende. Hij weet het niet meer. Zijn homoseksuele gevoelens heeft hij na twee nare ervaringen weggestopt. Een liefdesleven met vrouwen volgde, maar nu steken oude gevoelens voor mannen de kop weer op. Bij vrouwen vindt hij gezelligheid, huiselijkheid en zorgzaamheid. Bij mannen spanning, speelsheid en uitdaging. Maar diepgaand zijn zijn relaties nooit. Verburg geeft Peters verwarring goed weer, maar het is hinderlijk dat hij daarbij zoveel clichés over zorgzame vrouwen en avontuurlijke mannen bevestigt.
Peters werk daarentegen inspireerde Verburg kennelijk tot een ander register: de satire. Managers die geen zin foutloos kunnen schrijven denken opeens te weten hoe ze de uitgeverij winstgevender kunnen maken: met behulp van planningssystemen, productieteams en doelengesprekken. Tweederde van het personeel loopt weg en het tijdschrift vervlakt, doordat er alleen artikelen worden geplaatst die binnen een bepaalde formule passen. Dat alles is prachtig beschreven, al slaat Verburg soms door naar meligheid met ‘vondsten’ als: Gerard Bolling, ‘de zanger van de hoge c’ en Thilde Santhuys, ‘de jazzy zangeres met de Amsterdamse s’.
De ziekte en dood van Peters zus Inez leveren juist weer ernstige, integere passages op. Bijvoorbeeld als Inez vertelt hoe het leven haar stap voor stap op de dood voorbereidt. Zij is er rustig onder, maar haar omgeving vertrouwt die houding niet, denkt dat ze van alles opkropt en probeert haar keer op keer te vertellen dat het anders moet. “Ik verlang er zo naar dat alles weer gewoon wordt,” verzucht Inez ten slotte.
De drie hoofdlijnen van dit boek, de vrolijkheid, het verdriet en de ernst zijn op een overtuigende, levensechte manier met elkaar vervlochten. Zodat Verburg, ondanks de storende clichés in zijn boek, bewondering wekt omdat hij het aandurfde zoveel grote thema’s aan te snijden. 

Metro, 12 juli 2004
door Jan Dijkgraaf
Alex Verburg heeft, zo bewijst zijn tweede roman En najagen van wind, jarenlang talent verspild. Het waren de jaren waarin hij […] interviews met BN’ers en BB’ers maakte. Hoe goed zijn interviews ook waren, ze beklijfden niet door hun Umfeld. […]
Met En najagen van wind bewijst Verburg, net als eerder met Het huis van mijn vader, een Schrijver te zijn. Drie grote verhaallijnen componeert hij op kundige wijze tot een geheel. Zijn zoektocht naar het wezen van zijn seksualiteit (ho, bi of he?), de pijnlijke verzakelijking van de tijdschriftenwereld (bij Lavendel, dat honderd procent Libelle is) en ziekte en dood (van zijn geliefde zuster). Het wordt allemaal geschreven vanuit het perspectief van de 37-jarige tijdschriftjournalist Peter, in wie iedereen Verburg herkent, omdat hij aantoonbaar bij Libelle werkte en daar over de dood van zijn zus schreef. Toch “berust elke overeenkomst met bestaande personen of gebeurtenissen op toeval”, zegt de schrijver, die daarmee de lezer voortdurend op de rand van fictie en sleutelroman laat balanceren.
En najagen van wind is geschikt voor ononderbroken consumptie, iets waar menig schrijver bij een tweede roman niet garant voor staat. Goed dus dat Verburg zijn talenten niet meer verspilt aan interviews voor een plattelandsvrouwenblad, al is het het grootste van Nederland.

De Telegraaf , 22 augustus 2004
door Lies Schut
De hoofdpersoon uit En najagen van wind van Alex Verburg, ene Peter, heeft een prachtig beroep. Hij reist de wereld over voor het weekblad waarvoor hij schrijft om even deelgenoot te zijn van de levens van beroemde mensen. Isabel Allende, filmmaker Hugo van Lawick, Julie Andrews, Joseph Luns en Albert Heijn: hij ontmoette ze allemaal en ontlokte ze uitspraken over leven en dood.
Ondertussen worstelt de veertiger zelf. Met zijn geaardheid – moet hij de knusse relatie met een vrouw verruilen voor de spanning van de herenliefde? – zijn werk, waar het door reorganisaties rommelt, en de terminale ziekte van zijn zus. Het Leven dwingt de aanvankelijk zorgeloze Peter langzaam tot keuzes en diepere gevoelens.
Alex Verburg, uitstekend journalist en biograaf van Liesbeth List, schrijft in En najagen van wind met elegante pen over de grote thema’s van het leven. De wat puberaal aandoende woordgrapjes op de namen van onwillige BN’ers (Arita Beyer, Gerard Bolling) nemen we voor lief.

sQueeze, juli 2004
door Claudia Koopman
Een schat van een vriendin, een benijdenswaardige etage in Amsterdam-Zuid en lol in zijn baan als journalist voor ’s lands grootste weekblad, Peter heeft het allemaal. Althans, totdat er gereorganiseerd wordt en ‘een jongen van een schoonheid die je maar zelden ziet’ een oud verlangen in hem aanwakkert. Een verlangen dat hij na een gebeurtenis in de slagerij op de Drift jarenlang heeft onderdrukt.
Ontwapenend oprecht en een genot om te lezen. Een waardig opvolger van Verburg’s literaire debuut Het huis van mijn vader.

Gay Krant, juli 2004
door Alice van Gilst
Peter is een succesvol journalist bij het blad Lavendel. Hij reist de hele wereld af om allerlei beroemdheden te interviewen. Die vraaggesprekken werkt hij vervolgens uit in zijn fraaie appartement in Amsterdam-Zuid. Hij is de enige die thuis mag werken van de hoofdredacteur. Met zijn moeder en zussen heeft hij een goede relatie. Zijn vrije tijd brengt hij door met zijn niet al te slimme maar altijd gewillige vriendin Emmy, in haar knotsgezellige stulpje. Hij houdt best wel van haar, begeert haar soms ook. Peter leidt dus een boeiend en genoeglijk leventje. Ware het niet dat hij blijft denken aan en verlangen naar die mooie receptionist in dat Brusselse hotel, of die Masai in Tanzania. En naar Roeland en Mounir of Rik… En ware het niet dat bij Lavendel het reorganisatiespook rondwaart, met in zijn kielzog cijferneukende managers die journalistiek hoogwaardige redacteuren vervangen. Ineens krijgt Peter gedicteerd welke vragen hij tijdens (e-mail!)interviews moet stellen, ontvangt hij tientallen memo’s per dag, moet hij productievergaderingen bijwonen en op kantoor komen werken. Emmy krijgt een nieuwe vriend en Peters lievelingszus kanker. Wég is dus zijn heerlijke leventje. Maar tussen al die sores zit ook iets goeds. Peter groeit toe naar een eenduidige seksuele keuze.
Zie hier in notendop het zeer eigentijdse, vlot geschreven, levensechte nieuwe boek van Alex Verburg. De ontmoetingen met de vele beroemdheden (Joseph Luns, Vanessa Redgrave, Hugo van Lawick, Julie Andrews e.v.a.) zijn aan de werkelijkheid ontleend. Evenals het weekblad Lavendel, dat sterk lijkt op Libelle (waarvoor Verburg jarenlang werkte), compleet met de cijferneukers van Geïllustreerde Pers of grootuitgever Sanoma. De rest is erbij verzonnen, zegt de auteur. Het zal wel. Maar wat maakt het uit? Verburgs vierde boek En najagen van wind is een heerlijke page turner, die in één adem uitgelezen moet worden.

Athena’s Boekhandel Groningen, juli 2004
door Han Borg

Alex Verburg heeft ons opnieuw verrast met een goed geschreven roman: En najagen van wind is knap gecomponeerd, en raakt aan een aantal zaken die in een mensenleven de nodige beroering kunnen veroorzaken. Verburgs roman kent drie hoofdthema’s: allereerst wordt een zoektocht naar (seksuele) identiteit beschreven, maar daarnaast spelen de soms hilarische gebeurtenissen in het kader van een bedrijfsreorganisatie een grote rol. Tenslotte is er dan ook nog een familiegeschiedenis, die niet goed afloopt. Het knappe van Alex Verburg is dat hij deze drie thema’s op een volstrekt natuurlijke wijze in elkaar laat overvloeien. De afscheidsceremonie van een dierbaar familielid wordt bijgewoond door één van de liefdes voor één nacht van de hoofdpersoon (journalist/interviewer Peter), en ook wordt dat afscheid nog weer eens als succesvol verhaal ingebracht in de bijna failliete boedel van het familieblad Lavendel (de beschrijving van dit blad is trouwens overduidelijk geïnspireerd door de Libelle).

Verburg is vooral bekend als schrijver/interviewer voor dezelfde Libelle, en als auteur van een biografie over Liesbeth List (2001). Ik weet niet zeker of hij nog steeds voor dit al meer dan zestig jaar oude blad schrijft, dan wel voor andere VNU-uitgaven, maar afgaande op de rampzalige manier waarop zich enkele jaren geleden een reorganisatie ‘die geen reorganisatie genoemd mocht worden’ voltrokken heeft over de Libelle, lijkt het me eerlijk gezegd niet waarschijnlijk. Hij presenteerde overigens zijn meest succesvolle interviews in een tweetal bundelingen (uit 1989 en 2003). Verburgs eerste roman Het huis van mijn vader (2002) maakte destijds al veel indruk, vooral ook omdat daarin de zich ontwikkelende relatie tussen een puberjongen en diens bijlesleraar zo fijngevoelig en onomwonden werd omschreven. Verburg heeft lef, durft het aan om zich bloot te geven, en dat blijkt ook weer in zijn nieuwste roman.
De zoektocht naar seksuele identiteit verloopt bij hoofdpersoon Peter op zijn zachtst gezegd moeizaam. Weliswaar heeft hij een warme relatie met een vrouw (Emmy), maar ervaringen in het verleden (zowel positieve als uiterst negatieve) met mannen komen toch telkens weer boven de horizon. Uiteindelijk kiest Peter voor een bestaan met mannen, zij het na een tamelijk droevig stemmende queeste langs darkrooms en andere homotenten. Ronduit briljant is de manier waarop Verburg vorm geeft aan de verwerking van Peters mislukte jeugdliefde: die voor zijn beste vriend Roeland. Het magische spel van aantrekking en afstoting komt in dit boek zeer goed tot zijn recht. Ik althans herkende veel daarin, en ben ervan overtuigd dat menig lezer hetzelfde zal overkomen. Een pendant voor deze ongelukkige liefde wordt in ditzelfde boek gevonden in Peters contacten met een ex-vriendin, Karin. Ook hier een geraffineerd spel van aantrekken en afstoten, waarbij Peter er uiteindelijk voor kiest Karin (en daarmee een deel van zijn eigen geschiedenis) achter zich te laten. Extra de vermelding waard is dat ook in deze roman seks weliswaar een belangrijke rol speelt, maar nergens ontaardt in pornografie. Het verging me bij het lezen van En najagen van wind een beetje zoals bij het kijken naar Visconti’s film Death in Venice: de erotische spanning zit er van het begin tot het einde in, maar voert nergens de boventoon.
De lezer kan veel ‘genieten’ van de wel heel humoristische manier waarop Verburg beschrijft hoe de redactie van een door honderdduizenden gelezen en gewaardeerd familieblad wordt gereorganiseerd. Voor wie wel eens een reorganisatie heeft meegemaakt is dit onderdeel van Verburgs roman één brok herkenning. De loze gebaren van de nieuwe managers, de opwekkende taal die de grote mislukkingen tijdens de reorganisatie probeert te verbloemen, het onder water verdwijnen van toegewijde krachten in ruil voor een stelletje non-valeurs: de auteur laat ons allemaal meekijken in de gruwelijke keuken, waar reorganisaties worden voorbereid en uitgevoerd. Duizenden consultants verdienen er in Nederland hun brood mee, maar het feit blijft dat reorganiseren “van au” gaat, en (te) veel slachtoffers vergt. Wat uiteindelijk boven komt drijven is niet noodzakelijkerwijze het beste deel van de mens, zoveel maakt Verburg ons wel duidelijk.
Tenslotte de beschrijving van het naderende einde en de dood van Peters zus Inez: voor wie net zoiets van nabij heeft meegemaakt moeten dit welhaast wurgend realistische bladzijden zijn. De eerste tekenen van ziekte, de hoop op een goede afloop die vervolgens keihard de bodem wordt ingeslagen, de woede en de wanhoop van de familie, de berusting in het lot van de patiënt: het valt niet mee om je ogen droog te houden bij het lezen van deze passages. En daarmee kom ik ook bij mijn vrijwel enige bezwaar tegen deze roman: En najagen van wind balanceert af en toe wel erg op de rand van het sentiment. Voor wie er gevoelig voor is (en ik hoor zelf heus bij die categorie), is dat niet zo heel bezwaarlijk. Net als Verburgs vorige roman heb ik En najagen van wind weer in één dag uitgelezen, en dat betekent dat een boek als dit me ‘pakt’. Ik kan mij echter voorstellen dat sommige lezers deze mix van droefheid en vreugde wel een beetje als ‘over the top’ zullen beoordelen. En verder zou het niet zo mogen zijn dat vormgevers bij uitgeverijen een eigen kleurenschema toepassen bij het gebruik van Michelangelo’s fresco in de Sixtijnse Kapel De schepping van Adam: het achtergrondgroen op de cover van Verburgs boek is zonder meer giftig en niet levend, zoals dat op de plafondschildering in werkelijkheid is. Een misser van de eerste orde, die hopelijk bij een volgende druk wordt goedgemaakt. Wie de cover voorbij is ontdekt echter een prachtig boek, dat het meer dan waard is gelezen te worden.

Sp!ts, 25 juni 2004
door Oene Kummer
En najagen van wind is de tweede roman van Alex Verburg, die als journalist lof vergaarde met zijn interviews voor het weekblad Libelle. In zijn autobiografisch getinte fictie dramatiseert hij delen uit zijn eigen leven en schrikt hij er bovendien niet voor terug om uit oude interviews te citeren. Voor in het boek staat uitdrukkelijk vermeld dat elke overeenkomst met bestaande gebeurtenissen op toeval berust, maar dat de ontmoetingen van de hoofdpersoon met de bekende persoonlijkheden in het boek aan de werkelijkheid zijn ontleend.
En dat zijn er nogal wat. Als het verhaal zijn aanvang neemt, is het 1993. Isabel Allende en Vanessa Redgrave komen naar Amsterdam om de film House of the spirits te promoten en Peter – journalist bij ’s lands grootste tijdschrift Lavendel – is present om hen te interviewen. Een paar dagen daarvoor had hij Joseph Luns nog voor de microfoon. Niet veel later vliegt hij naar Londen voor Julie Andrews. De onophoudelijke stroom namen die daarop volgt, maakt een nogal kokette indruk. Zelf is Peter echter tevreden met zijn plaatsje in de schaduw van de groten der aarde, zoals deze eind-dertiger ook content is met zijn etage in Amsterdam-Zuid en zijn vooral op gezelligheid in plaats van woeste passie gebaseerde relatie met Emmy.
Onder de oppervlakte borrelt het echter wel degelijk. Peter is nooit vergeten dat hij als jongen eigenlijk op mannen viel en dat hij zelfs een tijdlang een relatie had met zijn bijlesleraar – een gebeurtenis die uitgebreid aan bod kwam in Verburgs eerste roman, Het huis van mijn vader. Een toevallige ontmoeting in een Brussels hotel vormt de opmaat tot een crisis in Peters leven, waarbij de worsteling met zijn seksuele identiteit al even onherroepelijk tot problemen met Emmy leidt.
Stof genoeg voor een hele roman, zou je zeggen, maar Verburg wil méér. En najagen van wind is ook bedoeld als satire op de veranderende zeden en gewoonten in de Nederlandse tijdschriftenwereld. Gaat het in het begin van Peters loopbaan in de eerste plaats om de kwaliteit van zijn interviews en pas daarna om de kwantiteit, onder druk van bezuinigingen en een nieuwe generatie hoofdredacteuren wordt de commerciële kant van het bladenmaken steeds belangrijker.
Verburg schetst een amusant beeld van de verwarring die de redactie van Lavendel in zijn greep krijgt. Typerend is bijvoorbeeld het memo van een onbekwame marketingmedewerkster die op onbedoeld hilarische wijze probeert uit te leggen waarom een maanden van tevoren geplande vergadering op het laatste moment moet worden afgelast. De (voormalige) redactieleden van Libelle kunnen veel plezier beleven aan het herkennen van de personages die Verburg ten tonele voert. Op die momenten voelt En najagen van wind als een echte sleutelroman.
Alsof dat nog niet genoeg is, boort de auteur halverwege nog een derde laag aan, als Peters zus Inez aan leverkanker blijkt te lijden en het boek in een familiedrama verandert. Ook in dit geval raken fictie en realiteit elkaar, aangezien Verburg al een aantal jaren geleden in Libelle over de dood van zijn zus schreef. In de scènes die met haar ziekte te maken hebben, wordt Verburgs ware thema zichtbaar: vergankelijkheid. Hetgeen weer correspondeert met het thema van zijn vorig jaar verschenen interviewbundel Gelijk het gras, waarin hij met (inter)nationale beroemdheden over dit onderwerp sprak.
Dan wordt ook de betekenis van de uit het bijbelverhaal Prediker afkomstige titel duidelijk. Peter is opgegroeid met het idee dat hij om gelukkig te worden zijn hart in zijn werk moest leggen. Nu hij ouder wordt en hij op het punt staat een dierbare te verliezen, komt hij tot het inzicht dat ook dit veelgeprezen woekeren met zijn talenten in feite zinloos is: ‘Ook dit is ijdelheid en najagen van wind’. Terwijl Verburg lang een elegante, montere toon aanslaat, eindigt hij zijn boek in mineur, alsof Peters levenslustige pluk-de-dagmentaliteit is omgeslagen in een somber memento mori. Daar word je als lezer misschien niet vrolijk van, maar het voelt wel aangenaam levensecht.

Gay & Night , juni 2004
door Peter Steenkamer
En najagen van wind is de tweede roman van Alex Verburg. Hierin krijgt de hoofdpersoon Peter heel wat voor z’n kiezen. Het tijdschrift waarvoor hij werkt, komt in een reorganisatietornado, zijn zus overlijdt aan kanker en qua liefdesleven maakt hij de overstap van dames naar heren.
Peter interviewt als sterjournalist jaarlijks tientallen beroemdheden voor het tijdschrift Lavendel. De roman staat bol van de grote namen: Isabel Allende, Jos Brink, Julio Iglesias, Shirley MacLaine, Pater van Kilsdonk, Rutger Hauer en Rudi van Dantzig. Uitgebreid worden deze mensen geciteerd en we vernemen saillante details. Zo mag niemand het woord tot Jessye Norman richten tenzij zij daar nadrukkelijk haar toestemming voor geeft.
Niet voor niets staat voor in het boek: “Elke overeenkomst met bestaande personen of gebeurtenissen berust op toeval. De ontmoetingen daarentegen die de hoofdpersoon heeft met de bekende persoonlijkheden die in dit boek voorkomen, zijn aan de werkelijkheid ontleend.” De naam Lavendel verwijst onmiskenbaar naar Libelle waarvoor Alex Verburg heeft gewerkt. Verburg beschrijft hoe het blad zich steeds meer richt op winst en steeds minder op kwaliteit. Er komen steeds meer managers: vlotte meiden die niets kunnen maar zichzelf als goede troubleshooters beschouwen en alleen maar vergaderen. Het regent memo’s, briefings, adviezen en rapporten. Verburg schrijft: “Van de beoogde slagvaardigheid kwam niets terecht. De productietijd, die de laatste jaren dankzij moderne technieken alleen maar was afgenomen, was nu weer op het niveau van 1972.” In een paar jaar tijd vertrekken er vijftig van de zevenenzestig medewerkers.
Niet alleen op zijn werk heeft Peter het zwaar, ook privé krijgt hij nogal wat te verduren. Zo wordt er bij zus Inez kanker geconstateerd. In eerste instantie lijkt de kanker goed behandelbaar, maar uiteindelijk blijkt hij in haar hele lichaam te zijn uitgezaaid. Ingetogen wordt het voortschrijdende ziekteproces beschreven met zijn operaties, de hoop, de wanhoop en het verdriet.
En dan is er ook nog het weifelende, seksuele karakter van Peter. Hoewel hij redelijk gelukkig is met Emmy valt Peter in feite op mannen. “Het had met een oud verlangen te maken, dat al in zijn jongensjaren tot leven was gekust en dat zich nooit had teruggetrokken in de spelonken van de vergetelheid, maar permanent aanwezig was in de sluimering van zijn bestaan.” Stukje bij beetje komen we erachter welke ingrijpende gebeurtenissen Peters seksuele ontwikkeling hebben beïnvloed. Zo heeft Peter als veertienjarige jongen iets gehad met een oudere bijlesleraar, daarna is er een onbeantwoorde liefde voor een klasgenoot, gevolgd door een traumatische ervaring met een slagersjongen. Maar het “oude verlangen” blijft bestaan. Op reportage in Tanzania wordt Peter getroffen door de androgyne schoonheid van een Masai. Suggestief wordt beschreven hoe de erotische spanning tussen journalist en krijger tot ontlading komt. Uiteindelijk gooit Peter alle remmen los. Emmy pakt het sportief op: “Als je voor een man kiest, kan ik daar toch niets aan doen.”
En najagen van wind leest als een trein, bevat alle grote thema’s (Leven, Werken, Liefde en Dood) en is rijk en veelbewogen als het leven zelf.

Chroom.net
door Bert van Weenen
Inmiddels heeft Alex Verburg, die bekendheid kreeg door interviews in onder meer Libelle en een biografie over Liesbeth List, twee romans gepubliceerd met een mooie ingetogen, bedachtzame stijl. Twee jaar geleden debuteerde Verburg bij De Arbeiderspers met Het huis van mijn vader, een sfeervol verhaal over het opgroeien van een homofiele jongen in een gereformeerde omgeving. Met dit melancholiek getoonzette boek oogstte Verburg terecht veel lof in de pers en het werd diverse malen herdrukt.
Afgelopen juni verscheen Verburgs tweede roman. Met een verwijzing naar een tekst die zo’n tien keer voorkomt in het bijbelboek Prediker, luidt de titel van dit nieuwe boek: En najagen van wind. (Een titel die herinnert aan En joeg de vossen door het staande koren van Jan Siebelink.) In het verhaal komt deze tekst voor in een veelbetekenende passage op bladzijde 183-184, waarin de hoofdpersoon Peter nadenkt over zijn leven: “Hij wist niet of dat voor iedereen gold, maar puur op z’n gevoel zou hij zeggen dat zijn leven uit twee gelijke helften bestond: de heerlijkheid van zijn jeugd met de intensiteit van alle eerste keren, en de jaren die hem daarna waren gegeven, de jaren van bezonnenheid, van je staande zien te houden in een wereld waar argeloosheid genadeloos werd afgestraft. Als het allemaal niets meer werd met Lavendel [het tijdschrift waarvoor Peter werkt; BvW] en hij zich nog eens aan het schrijven van een boek zou wijden, dan moest het daarover gaan, over die eerste helft.”
Waarna een serie herinneringen volgt die eindigt met: “Na de maaltijd zou zijn vader weer ritselen door de bijbelboeken, op zoek naar een passende tekst. ‘IJdelheid der ijdelheden,’ zou hij lezen, ‘ook dit is ijdelheid en najagen van wind.'”

Het huis van mijn vader en En najagen van wind vormen een literair tweeluik over het leven van iemand als Alex Verburg – het is niet geschreven als autobiografie – waarbij de gelukkige jaren van het zondagskind Floris uit het eerste boek worden gevolgd door de vermoeiende tijd van journalist Peter bij het tijdschrift ‘Lavendel’.
De verhaallijnen over gezinsleven en homo-erotiek uit Het huis van mijn vader heeft Verburg in zijn tweede boek netjes doorgetrokken en daar aangevuld met het verhaal van de reorganisatie bij het tijdschrift Lavendel. In nostalgie is Verburg beter dan in het beschrijven van reorganisatieperikelen, vind ik, desalniettemin sluiten zijn twee romans mooi op elkaar aan en valt er in beide boeken veel te genieten. Ook de titels zijn trouwens goed gekozen: bij het huis van je vader denk je meteen aan iemands jeugd, bij het najagen van wind aan het werken voor nog meer geld en roem.
Zelf heeft Verburg het verband tussen de twee romans benadrukt door gedeelten van Het huis van mijn vader in zijn tweede boek te parafraseren of ietwat aan te vullen. Wel is het verwarrend dat de personages opeens andere namen dragen. Floris werd Peter, Olivier Olaf. Dat duwt de boeken weer wat verder uit elkaar.
Helemaal aan het eind van En najagen van wind noemt Peters moeder hem een zondagskind, wat direct verwijst naar de fraaie beginzin van Het huis van mijn vader: “Ze noemen mij een zondagskind”. Het lijkt erop dat hiermee het tweeluik is afgesloten.

De homoliefde vertoonde in Het huis van mijn vader nog tamelijk idyllische trekjes, waarbij Alex Verburg kunstig wist te balanceren op het snijvlak tussen ontroering en sentiment. De ontluikende liefde tussen Floris en zijn bijlesleraar Olivier is bijzonder overtuigend weergegeven. Als Floris op bladzijde 156 aan Olivier vraagt: “Denk jij dat ik homo ben?”, is de lezer daar allang van overtuigd. In En najagen van wind verhardt deze situatie als Peter wordt afgewezen door een jeugdvriend en op zoek naar troost in een slagerij wordt verkracht (hoofdstuk 36). Een scène die mij deed denken aan de choquerende verkrachtingsscène in de speelfilm Spetters van Paul Verhoeven en die ik maar zo-zo in het verhaal vind passen, omdat de agressieve kant van de homowereld verder eigenlijk nergens in het boek wordt uitgewerkt. Deze scène functioneert nu vooral als schokeffect, maar veertien bladzijden later is het boek al uit en de lezer blijft zitten met een onaangenaam gevoel dat volgens mij niet correspondeert met de rest van Verburgs innemende roman.
Aan het begin van En najagen van wind heeft Peter een relatie met een vrouw, Emmy. Die relatie verwatert doordat Peter ontdekt toch nog steeds op mannen te vallen. Deze seksuele onzekerheid draagt bij aan de levensechtheid van Verburgs verhaal.

Religieuze motieven zijn in En najagen van wind wat minder dik gezaaid dan in Verburgs debuutroman. Op bladzijde 77 staat een verwijzing naar Peters gereformeerde jeugd: “Hij glimlachte. Het speet hem niet, die protestants-christelijke opvoeding die hij genoten had. Het was een tijdje mode geweest er flink op af te geven, met schrijvers als Wolkers en ’t Hart voorop. De poëzie van Psalmen, Spreuken, Prediker, Hooglied, wie zou daar nou slechter van worden? Ook toen zijn moeder na de dood van zijn vader moeizaam door de dagen ging, bond zij haar kinderen op het hart ondanks alle twijfels de tale Kanaäns niet te vergeten en God te blijven zoeken.”
In de hoofdstukken 19 t/m 21 wordt er afscheid genomen van de Zuiderkerk, die zal worden vervangen door een filiaal van Albert Heijn. En verder viel mij wat dit betreft hoofdstuk 27 op, waarin Peter als interviewer spreekt met Nico ter Linden en Jos Brink over sterven en het hiernamaals. De uitspraken van Ter Linden en Brink dient de lezer letterlijk te nemen, uitgaande van het bericht voorin de roman: “Elke overeenkomst met bestaande personen of gebeurtenissen berust op toeval. De ontmoetingen daarentegen die de hoofdpersoon heeft met de bekende persoonlijkheden die in dit boek voorkomen, zijn aan de werkelijkheid ontleend.”
Zo kan Alex Verburg in zijn tweede roman ook mooi gebruikmaken van zijn eigen ervaringen als journalist. Misschien staan er zelfs citaten tussen uit eerder gepubliceerde interviews; dat heb ik niet gecontroleerd, het is ook niet van belang voor de overtuigingskracht van het boek.

De passages waarin het gaat over de reorganisatie bij Lavendel zijn zeer herkenbaar voor mensen die zelf met een reorganisatie te maken hebben gehad. Vooral de manier waarop managers zich tijdens zo’n herstructurering van een bedrijf gedragen, is kennelijk overal hetzelfde en steeds even bedroevend. Gesprekken met vers aangetrokken leidinggevenden leveren niks op en de werknemer blijft, net als Peter in Verburgs verhaal, rondlopen met hartkloppingen, maagklachten en hoofdpijn (blz. 227-228).
Hoofdstuk 24, over een ontmoeting met Syb van der Ploeg, toen nog leadzanger van De Kast, is een gaaf hoofdstuk waarin alle verhaallijnen samenkomen. En op bladzijde 207 komt Peter tot de sombere conclusie dat hij op alle drie de fronten vast zit: “Eigenlijk hoorde hij nergens bij. Toen niet, nu niet. De familie als eenheid waartoe hij zich ooit had gerekend, bestond niet meer. Voor vrouwen was hij een onbetrouwbare partner geworden en aan de codes van de heren die elkaar de liefde beleden, kon hij niet wennen; het manifeste van hun optreden, hij wist zich er soms geen raad mee. Ook op zijn werk lag hij eruit. Zijn verzet tegen de mal van de starre formats waarin ze hem probeerden te persen, had hem de reputatie van onbuigzaamheid bezorgd. Intern gold hij als een paria omdat hij zich niet committeerde, bij zijn vakbroeders daarbuiten was hij een paria omdat hij zich committeerde aan een blad dat Lavendel heette.”

Alex Verburg kiest in En najagen van wind niet voor de gemakkelijke oplossing. Het leven valt niet mee, zo is het gewoon. Maar de gelukkige momenten weet hij wel haarscherp op papier te zetten. Ik kijk al uit naar zijn derde roman.

Toespraak bij de presentatie van En najagen van wind, 10 juni 2004
door Peter Nijssen, hoofdredacteur van De Arbeiderspers
Alles is ijdelheid, dames en heren, en de schone letteren vormen daarop geen uitzondering. Maar om nou je tweede boek En najagen van wind te noemen – dat is alweer bijna smeken om hoon en straf.
Als ik nu even uw gedachten mag raden, althans die van menigeen hier aanwezig. U denkt: ‘Klets nou niet uit je nek, vent! En najagen van wind is helemaal niet het tweede boek van Alex Verburg.’ Maar ik denk: ‘Dat weet ik ook wel, stelletje wijsneuzen. Het is al het derde boek van Alex bij de AP, het is al het vierde in dit huis, en het is op z’n minst zijn vijfde in totaal.’
Als ik het heb over het tweede boek, dan heb ik het over het tweede boek in de ogen van de zo gevreesde litteraire kritiek. Dan heb ik het erover dat dit boek door de HH critici gezien zal worden als de opvolger van het zo goed ontvangen en meermaals herdrukte romandebuut Het huis van mijn vader. Wanneer En najagen van wind door de kritiek ergens mee zal worden vergeleken, dan is de kans groot dat dit zal zijn met Het huis van mijn vader. En najagen van wind is het tweede boek, excuus, de tweede roman van Alex.
Een boek met een gedurfde, naar Prediker verwijzende titel (‘alles is ijdelheid en najagen van wind’), maar ijdelheid (in de zin van leegheid) kan Alex met dit boek bezwaarlijk aangewreven worden. De vrees voor het tweede boek, die zoveel auteurs doet vastlopen, tot wanhoop dan wel ten val brengt of tot meesterlijke mislukkingen – die vrees is in dit geval volkomen ongegrond. Niks geen leegte in deze nieuwe roman, niks geen bloedarmoede, herhalingsdrang. Wat aan En najagen van wind juist zo opvalt is de meerstemmigheid. De nieuwe roman van Alex Verburg bevat meerdere verhaallijnen, een polyfonie aan motieven en een heel conglomeraat aan uiteenlopende ervaringen.

Wie de roman begint te lezen denkt aanvankelijk dat het boek zal gaan over de Werdegang van een man op middelbare leeftijd en diens twijfels over zijn seksuele identiteit. Maar algauw heb je de indruk dat dit maar een marginaal thema is en vermoed je terecht te zijn gekomen in het boeiende verhaal over het wel en wee van een journalist die een grote reputatie heeft verworven als interviewer van nationale en internationale bekendheden. Dat vermoeden wordt echter alweer snel ondermijnd doordat de hoofdpersoon diverse ontmoetingen heeft met andere personages: zijn huidige geliefde, zijn ex-geliefde, zijn geliefde zus, zijn minder geliefde zus. Gaat het om een man in zijn verhouding tot de diverse vrouwen die een rol spelen in zijn leven? Ja, ook, maar op het moment dat je je dat wellicht begint te realiseren, zit je alweer in een heel ander chapiter, en dat blijkt dan gaandeweg de dynamische kern van het boek te zijn: een reorganisatie.
De verteller van dit boek werkt voor een blad dat gevestigd is in, ik citeer, ‘een blokkendoos die hoog uittorende boven het overdekte winkelcentrum dat ertegenaan was geplakt’ en dat als de zon begon te schijnen ‘al zijn antracietgrijze jaloezieën als op bevel [liet] zakken’ en dan de aanblik bood van ‘zielloze catacomben waar somberheid regeerde in plaats van frivole creativiteit’. Gelukkig hoeft de verteller annex journalist er niet vaak te zijn (hij is meestal op pad en werkt thuis), want die zwartgallige beschrijving heeft iets profetisch. Het reusachtige, beursgenoteerde concern waarvan Lavendel, zoals het blad heet waarvoor hij werkt, deel uitmaakt, dwingt het blad immers tot een reorganisatie. Of nee, sorry: ‘Men sprak liever van een nieuwe structuur die nodig was “om als organisatie slagvaardiger te kunnen opereren”. Er werden commissies gevormd en voorlichtingsmiddagen gegeven, het zachte masseren was begonnen.’
Geef toe, dames en heren, hier wordt het boek van Alex Verburg meer dan herkenbaar. En zeker voor de pakweg zestig procent van degenen onder u die zelf een bestaan leiden of geleid hebben als kantoorpik annex loonslaaf. Maar echt, The Office, de onlangs uitgezonden Britse televisieserie over de biotoop die kantoortuin heet waarvan velen van u wel een aflevering zullen hebben gezien, is er niks bij.
Neem nou het wezen Hannah Fruyt dat op zeker moment bij Lavendel wordt aangesteld als aanjaagster. U ként haar niet echt, maar u herkent haar écht wel: ‘Hannah was iemand van de harde lijn; iemand die graag mensen uitspeelde, tweedracht zaaide, want, zo beleed ze openlijk, ruzies hielden de geest scherp.’
Ach beste mensen, het is allemaal zo huiveringwekkend herkenbaar dat je ervan moet snikken en grinniken tegelijk.
Er komt een consultancy-bedrijf dat de zogenaamde kaasschaafmethode introduceert: van alles een beetje minder en van sommige dingen (kerstpakket bijvoorbeeld) helemaal niks meer. Maar even later is er wel geld voor een heel blik managers, ik citeer, ‘wier levensvervulling bestond uit het aansturen van andere mensen, die het werk mochten uitvoeren – wat ze toch al deden. Een hele laag werd er geschoven tussen uitgever en hoofdredactie enerzijds, en de redacteuren, vormgevers en fotografen anderzijds. Voor Lavendel waren dat er vijf. Vijf leuk ogende meiden. […] Sinds de komst van deze managers, die tripjes naar New York maakten om elkaar beter te leren kennen, werden er aan de lopende band vergaderingen uitgeschreven. Interviews heetten voortaan “Projecten”. Voor elk interview werd er een “Productie Team” samengesteld. Dat productieteam vergaderde, of nee, “Peeteede”: “Kun jij ook als we morgen om elf uur peeteeën?”‘ En zo gaat dat op uiterst hilarische wijze verder, met als een van de hoogtepunten, een pastichemail van de verteller/journalist in antwoord op een in soortgelijke zwamstijl geschreven e-mail van een van die managers.

Maar de dynamische kern van het boek is niet waar het in wezen om draait, merk je wanneer je eenmaal de helft van het boek gepasseerd bent. Zoals in het leven brengt dit boek de lezer ook pas in de tweede helft werkelijke wijsheid. En dan wordt En najagen van wind ineens een soort existentiële roman, en ik zeg dat zonder een spoor van ironie. Het wordt dan een boek over de genadeloosheid van het leven, over de onmogelijkheid van duurzaam geluk, over de onherbergzaamheid van onze tristesse.
En dan blijkt het toch nog een boek te zijn over vooral de vrouwen in het leven van deze man (en tel daar dan maar de figuur van de moeder nog bij op), dan blijkt het toch die roman te zijn over het grillige traject van een als zeer essentieel ervaren loopbaan, dan blijkt het toch de roman te zijn over een man die vertwijfeld op zoek was naar zijn ware seksuele identiteit (waarmee hij ten gevolge van een traumatische ervaring in de adolescentie jarenlang worstelde), en dan blijkt het tóch te gaan over het najagen van wind, over leegte, en over de dood, want de hartverscheurende kern van dit boek zit zonder twijfel in het ziekteproces, de aftakeling en dood van de zus van. Peter, want zo heet hij.
Het is niet om die reden dat ik zeg dat het duidelijk moge zijn dat de redacteur van het nieuwe boek van Alex Verburg om diverse redenen enthousiast is geworden over En najagen van wind. Ik heb er alle vertrouwen in dat velen dat enthousiasme binnenkort met mij zullen delen.